
De Gault Millau 2009 telt in Den Haag 26 restaurants. Een kwart daarvan bevindt zich op een heel klein stukje Hofstad: de Denneweg en de om de hoek gelegen Hooikade. Een mooie lentedag leidde tot lekkere trek en na een rondje langs zes menukaarten viel de keuze zonder twijfel op Maxime. Terwijl de andere geraadpleegde restaurants zo’n 32 euro rekenenden voor drie gangen, biedt Maxime er voor dit bedrag vier. Hierbij is te kiezen uit twee verschillende menu’s (links en rechts), waartussen mag worden gewisseld.
De omschrijving van het linkermenu, met een ‘maïskrokantje met dungesneden tonijn en zoete paprika en basilicum’ vooraf, gevolgd door soep, een ‘gebraden kalfsentrecote met witte boontjes en jus van gepofte knoflook’ met kaas na, zorgde al rond 18.00 uur voor knorrende magen. Een tafel was beschikbaar tot 20.00 uur.
Het maïskrokantje bleek gemaakt van een ouderwetse tortilla, bestreken met een mayonaiseachtige maïscrème en dit maakte het tonijngerecht ietwat lomp. De beloofde basilicum werd een lepeltje pesto en door de zijdelings gedrapeerde rucola en friseesla kreeg het bordje het voorkomen van een goedkopere capacciosalade. Zonde van de overigens prima tonijn, die wel lekker combineerde met de geschonken rosé.
Maar de witlofsoep met grijze garnaaltjes nam revanche: hier was helemaal niets op aan te merken. Dit gerecht was af: romig met een subtiel na-bittertje en perfect gecombineerd met een Oostenrijkse Grüner Veltliner.
Het eetplezier nam toe en daar kwam het kalf al aan: mooi vlees, vakkundig bereid; zacht, sappig en rosé. Ook de gepofte knoflooksaus was spot on. Maar de entrecote bood een onverwacht en onaangenaam contrast met de boontjes, die hard en ongaar waren. De garnituur van pak soy was geen match met de rest van het gezelschap en blies, net als de boontjes, al rap de aftocht.
Voor bij de kazen stond, huiver, een rode port gepland, terwijl het merendeel van het bord – op de Fourme d’Ambert na – wit was: een brieachtige geit, camembert en Hollandse oude kaas. De charmante en persoonlijke bediening kwam na overleg met veel plezier aanzetten met een Spaanse Godello druif, die vooral de Pont-l'Évêque honigachtig deed smaken. Top.
Tussenbalans: fijne plek om te zitten, wijn-spijscombinaties interessant genoeg en er wordt gekookt met goede producten. Niet alle gerechten overtuigen als geheel, maar daar staan voldoende bijzondere smaakcombinaties tegenover.
Als bij het vertrek de kok je in de (juiste) jas helpt om nog met je te kunnen napraten over de bonen, dan worden rauwe bonen weliswaar niet zoet maar een stuk beter verteerbaar. En de rekening is dat ook. Eindconclusie: uitstekende prijs/kwaliteitverhouding.
De omschrijving van het linkermenu, met een ‘maïskrokantje met dungesneden tonijn en zoete paprika en basilicum’ vooraf, gevolgd door soep, een ‘gebraden kalfsentrecote met witte boontjes en jus van gepofte knoflook’ met kaas na, zorgde al rond 18.00 uur voor knorrende magen. Een tafel was beschikbaar tot 20.00 uur.
Het maïskrokantje bleek gemaakt van een ouderwetse tortilla, bestreken met een mayonaiseachtige maïscrème en dit maakte het tonijngerecht ietwat lomp. De beloofde basilicum werd een lepeltje pesto en door de zijdelings gedrapeerde rucola en friseesla kreeg het bordje het voorkomen van een goedkopere capacciosalade. Zonde van de overigens prima tonijn, die wel lekker combineerde met de geschonken rosé.
Maar de witlofsoep met grijze garnaaltjes nam revanche: hier was helemaal niets op aan te merken. Dit gerecht was af: romig met een subtiel na-bittertje en perfect gecombineerd met een Oostenrijkse Grüner Veltliner.
Het eetplezier nam toe en daar kwam het kalf al aan: mooi vlees, vakkundig bereid; zacht, sappig en rosé. Ook de gepofte knoflooksaus was spot on. Maar de entrecote bood een onverwacht en onaangenaam contrast met de boontjes, die hard en ongaar waren. De garnituur van pak soy was geen match met de rest van het gezelschap en blies, net als de boontjes, al rap de aftocht.
Voor bij de kazen stond, huiver, een rode port gepland, terwijl het merendeel van het bord – op de Fourme d’Ambert na – wit was: een brieachtige geit, camembert en Hollandse oude kaas. De charmante en persoonlijke bediening kwam na overleg met veel plezier aanzetten met een Spaanse Godello druif, die vooral de Pont-l'Évêque honigachtig deed smaken. Top.
Tussenbalans: fijne plek om te zitten, wijn-spijscombinaties interessant genoeg en er wordt gekookt met goede producten. Niet alle gerechten overtuigen als geheel, maar daar staan voldoende bijzondere smaakcombinaties tegenover.
Als bij het vertrek de kok je in de (juiste) jas helpt om nog met je te kunnen napraten over de bonen, dan worden rauwe bonen weliswaar niet zoet maar een stuk beter verteerbaar. En de rekening is dat ook. Eindconclusie: uitstekende prijs/kwaliteitverhouding.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten